Van kleins af aan droom ik al van een eigen bibliotheek. Een kamer vol met grote kasten en oude, stoffige boeken gevuld met herinneringen en nieuwe werelden. In de ene een wereld met helden en kracht, in de ander een wereld met verdriet en troost. Werelden vol verbeelding en realiteit. Een plek om me op te sluiten in een kamer met een prachtige vensterbank met kussens. Uitkijkend over een prachtige tuin met allemaal vogels en een vijver. Lekker ontsnappen aan de realiteit door met een kop thee te verzuipen in een nieuw verhaal.
Toen ik klein was had ik ongeveer de complete bibliobus versleten en las ik volgens mij wekelijks het maximale aantal boeken die ik mocht lenen. Ik had stápels boeken in mijn bedstee liggen en las stiekem na bedtijd nog ‘even een hoofdstuk’. Ik kon echt verdwalen in alle verhalen. Ik kon lachen om ‘Hoe overleef ik’, huilen om het overlijden van mijn favoriete personage in ‘Spotgaai’, ik vocht mee met Harry Potter en bleef maar hopen dat mijn brief ooit zou komen.
Nu ik ‘op mezelf’ woon is het inslaan begonnen. Ik kan bijna geen boekenwinkel in lopen zonder mij daar een uur te verliezen en de winkel te verlaten met volledige rust, kalmte en een tas vol boeken. Eigenlijk is het gewoon een verslaving. Van de Nederlandstalige young adult boeken die ik op de middelbare las, begon ik (eindelijk) aan de echte klassiekers. Niet eens perse lezen, maar vooral verzamelen. Mijn kast staat vol met Agatha Christie, Thomas Hardy, Jane Austen en Oscar Wilde. Allemaal prachtige klassiekers, waarvan ik stuk voor stuk ongeveer 2 hoofdstukken heb gelezen en toen te lang heb laten liggen. En zo gaat het met de meeste boeken. Ik sta in de winkel, zie een prachtig boek met een goede omschrijving, koop hem, lees dan een uur, word moe van het lezen, leg hem weg en raak hem de komende maanden niet meer aan. Als ik zo naar mijn kast kijk, denk ik dat ik er misschien 6 echt uit heb gelezen.. (Na geteld te hebben zijn het er ongeveer 17 van de 80, ik onderschat mezelf)
Elke keer weer verlang ik naar een avondje met een boek op de bank. Kaarsjes aan, net genoeg licht om het te kunnen lezen, mobiel uit en een worden met het boek. Ik lees over hoe het leven in elkaar zit, over mysterieuze wezens en draken, over geschiedenis, het kan allemaal. Maar eigenlijk doe ik dat bijna niet meer. Het is zo makkelijk om gewoon de tv aan te zetten en niet je eigen fantasiewereld te hoeven maken. Niet te hoeven vechten tegen de dyslexie en vermoeidheid. Gewoon lekker passief kijken en commentaar leveren op het acteer werk.
Ooit stelde ik mezelf het doel om een boek per maand te lezen. Dan nam ik mijn boek mee in de trein naar huis (was ik tenminste niet zo’n jongere die alleen maar op d’r mobiel zit) en las ik 2 hoofdstukken voor ik moest uitstappen. Het boek verdween dan weer een week en dan moest ik er weer helemaal in komen bij de volgende treinrit. Een ander probleem is dat ik ook altijd te veel boeken meeneem op vakantie. Dan denk ik ‘ik heb vrije tijd, dan kan ik hele dagen lezen’ vervolgens ben ik te moe om te lezen en krijg ik er bijna geen uit. Ik mis eigenlijk een beetje doorzettingsvermogen en een ruggengraat als het om lezen gaat. Ik kan me natuurlijk altijd nog een week opsluiten in een hutje op de hei met alleen 10 boeken om me gezelschap te houden. Dan ik tenminste meteen de schade van de afgelopen maanden inhalen en een ruggengraat kweken!
Op zoek naar goede boeken om te lezen? Probeer deze eens!
- Pretending – Holly Bourne
- The tattooist of Auschwitz – Heather Morris
- The places I’ve cried in public – Holly Bourne
- Zeik niet zo – Suzette Hermsen, Anouk Kemper en Lianne Marije Sanders
- Krabben – Milou Deelen en Daan Borrel
- Soms is liefde dit – Daan Borrel
- Gelukkig worden doe je zo – Jan Versteegh